Inloggen
Terug

Kennisdossier: Zo pas je de principes voor een rechtvaardige energietransitie toe in gebiedsgerichte aanpakken

De energietransitie is aan het versnellen. Maar kan iedereen in Nederland daarin mee? Hoe wordt het geld dat we hiervoor vrijmaken op een eerlijke manier geïnvesteerd en verdeeld? Draagt de energietransitie bij aan het verkleinen van de sociale ongelijkheid in onze samenleving? En hoe kan je jouw antwoorden op deze vragen toepassen in je gebiedsgerichte aanpak?

Over dit kennisdossier

Dit kennisdossier geeft inzicht in wat een rechtvaardige energietransitie (RET) is. En biedt houvast om op een rechtvaardige manier aan de slag te gaan met de gebiedsgerichte aanpak. We introduceren hiervoor de 5 leidende principes voor een rechtvaardige energietransitie in de gebouwde omgeving, die zijn opgesteld door Stroomversnelling. Deze principes zijn: 1) beschikbaar, 2) inclusief, 3) duurzaam, 4) toekomstgericht en 5) transparant. 

Leeswijzer
In het eerste deel van dit kennisdossier leggen we je uit wat de rechtvaardige energietransitie inhoudt, aan de hand van de vijf leidende RET-principes. Vervolgens geven we je – per fase van het Wijkkompas – inzicht in de kansen om de principes toe te passen in je gebiedsgerichte aanpak. We sluiten af met een verantwoording over hoe de principes tot stand zijn gekomen.

Rechtvaardigheid krijgt steeds meer aandacht binnen de energietransitie

De energietransitie is het pad om CO2-uitstoot te reduceren. Er wordt van alles gedaan om die doelen te behalen. Denk bijvoorbeeld aan subsidieregelingen voor zonnepanelen en warmtepompen. De lagere- en middeninkomens kunnen minder goed meekomen met de energietransitie, waardoor een groeiende groep mensen te maken heeft of krijgt met energiearmoede. Hierdoor kan niet iedereen meedoen aan de energietransitie. En dat terwijl de transitie iedereen aangaat: huurders én particulieren; woningcorporaties én beleggers. 

Wat is de rechtvaardige energietransitie?
Een rechtvaardige energietransitie gaat over hoe wij het pad van CO2-reductie inrichten, zodat iedereen, ongeacht diens maatschappelijke status, sociale identiteit of grootte van de portemonnee, mee kan doen. Volgens de Europese Commissie en het Expertteam Energiesysteem 2050 is rechtvaardigheid voorwaardelijk voor het slagen van de energietransitie. 

Hoe zorgen we dat iedereen mee kan in de energietransitie? Welke principes zijn essentieel voor een rechtvaardige transitie in de gebouwde omgeving? En wat vraagt dit van betrokken partijen: overheid, marktpartijen, woningcorporaties en financiële instellingen? 

De leidende principes voor rechtvaardige energietransitie

Samen met partijen uit de energie- en bouwsector heeft Stroomversnelling vijf principes voor een rechtvaardige energietransitie in de gebouwde omgeving vastgesteld. De RET-principes geven richting. Als iedere partij werkt aan de principes waar hun invloedssfeer ligt, zorgt dat voor een gezamenlijke vergroting van rechtvaardigheid in de energietransitie. De vijf principes zijn 1) beschikbaar, 2) inclusief, 3) duurzaam, 4) toekomstgericht en 5) transparant. Lees hieronder meer over hoe je dit naar de praktijk kan vertalen.

1. Beschikbaar: We maken verduurzamingsoplossingen voor iedereen bereikbaar.
1.1 We bieden woning- en gebouweigenaren het best passende, betaalbare aanbod om hun pand energieneutraal te maken, zo nodig met een passende financieringsoplossing;
1.2 We zorgen ervoor dat huurders toegang hebben tot een goed geïsoleerde, gezonde en veilige woning, met betaalbare en stabiele woonlasten;
1.3 We houden rekening met verschillende doelgroepen, individuele wensen en persoonlijke omstandigheden. Daar passen we de communicatie op aan: we bieden diensten in meerdere talen aan, kiezen passende mediakanalen of bezoeken de mensen thuis;
1.4 We respecteren ieders autonomie en helpen waar nodig actief om de meest geschikte oplossingen voor de lange termijn te bepalen.

2. Inclusief: We bieden maatwerk per doelgroep, zodat alle huishoudens en gebouweigenaren gelijkwaardig kunnen meedoen.
2.1 We bieden alle huishoudens de kans mee te doen door middel van een inclusieve en gedifferentieerde benadering. We investeren ongelijk, met als doel onrechtvaardige verschillen tegen te gaan;
2.2 We geven voorrang aan slecht geïsoleerde woningen en huishoudens in energiearmoede;
2.3 We bieden structurele ondersteuning aan de bewoners en gemeenschappen die tot nu toe minder goed bereikt werden. Dit wordt uitgevoerd door mensen en organisaties die hen kennen en door hen vertrouwd worden;
2.4 We besteden ook aandacht in onze eigen organisaties aan (kennis over) diversiteit en inclusiviteit, om beter aan te kunnen sluiten bij wat er nodig is voor een rechtvaardige samenleving.

3. Duurzaam: We dragen bij aan de veiligheid en gezondheid van de gebouwde omgeving, voor de korte en lange termijn. We streven naar energie- en renovatie-oplossingen die:
3.1 Goed zijn voor de korte termijn én goed zijn voor de toekomst;
3.2 Bijdragen aan de gezondheid, veiligheid en het welzijn van bewoners en gebruikers (bijvoorbeeld binnenmilieu);
3.3 Bijdragen aan de versterking van de biodiversiteit (bijvoorbeeld groene daken of nestkasten);
3.4 Niet leiden tot verdere uitputting van de aarde, maar steeds meer circulair zijn;
3.5 Minimale negatieve impact hebben op de mensen en het milieu in het mondiale zuiden.

4. Toekomstgericht: We wachten niet af, maar we gaan aan de slag met de kennis van nu en het einddoel voor ogen.
4.1 We maken vaart door te starten met de nu beschikbare oplossingen. We sorteren voor op toekomstige veranderingen en houden opties open voor nieuwe oplossingen;
4.2 We stimuleren gebouweigenaren en bewoners om bij een verhuizing of onderhoud te investeren in verduurzamingsmaatregelen die bijdragen aan het te bereiken eindresultaat;
4.3 We voorkomen dat bewoners en/of gebruikers te lang of zonder uitweg gebonden zijn aan vaste commerciële partijen. We bieden waar mogelijk keuzevrijheid;
4.4 We werken op de korte termijn aan oplossingen voor hoge energiekosten, maar zonder het einddoel uit het oog te verliezen: in 2050 is de gebouwde omgeving aardgasvrij;
4.5 We verwelkomen alle oplossingen en aanbieders die bijdragen aan dit einddoel.

5. Transparant: We zijn transparant over besluitvormingsprocessen en we maken duidelijk wat de kosten en baten van oplossingen zijn en waar die terechtkomen.
5.1 We zien de eerlijke verdeling van het maatschappelijke geld voor de energietransitie als uitgangspunt, zodat het niet bijdraagt aan verdere toename van ongelijkheid in onze samenleving;
5.2 We zorgen voor transparantie in de besluitvorming en helderheid over rollen en verantwoordelijkheden, op alle plaatsen waar aan de energietransitie wordt gewerkt;
5.3 We kijken niet alleen naar de businesscase, maar maken brede maatschappelijke kosten-baten afwegingen, gericht op gezondheid, klimaat, biodiversiteit, werkgelegenheid, voor nu en de toekomst;
5.4 We maken de eigendomsconstructies van projecten en investeringen maximaal inzichtelijk. We laten zien wie welke investering doet en waar de baten terecht komen;
5.5 We betalen een eerlijke prijs voor arbeid en materialen;
5.6 We zijn transparant naar bewoners en gebruikers over het beoogde eindresultaat en het effect daarvan op hun woonlasten en woonkwaliteit.

Wil je de leidende principes voor een rechtvaardige energietransitie delen met anderen? Gebruik dan de originele versie hier

Rechtvaardigheid in gebiedsgerichte aanpakken

De principes voor een rechtvaardige energietransitie bieden mogelijkheden voor alle fases van het Wijkkompas. Hieronder selecteren we per fase de (meest) relevante knooppunten, en benoemen we kansen om de RET-principes daar in toe te passen. 

Fase 1 (Samen starten): Verweef rechtvaardigheid vanaf de start van het proces

Hoe eerder in het proces je rechtvaardigheid vervlecht in je aanpak, hoe minder hard je later hoeft te werken om het alsnog toe te voegen. Intern kun je kijken hoe je de talenten en verschillen van de teamleden kunt benutten, of werken aan bewustzijn over dit thema. Je kunt ook manieren bedenken om gedurende het hele proces frisse blikken en afwijkende perspectieven binnen te halen. Wanneer je het verhaal van dit traject formuleert zorg je dat het resoneert met alle doelgroepen in de wijk, het dorp of gebied waar je aan de slag gaat.

Concrete stappen kunnen zijn:
  • Bij het knooppunt een Gezamenlijke ambitie voor de wijk opstellen bepaal je samen welke RET-principes je meeneemt in dit proces, en of je daarin prioriteiten wilt aanbrengen. Deze dragen bij aan een belangrijke basis voor je proces. Kijk hierbij met extra aandacht naar principe 3, 3.2 en principe 4.
  • Voor het knooppunt Duidelijkheid over het verhaal van het traject wil je al een beeld hebben van alle doelgroepen in de wijk. Leef je in elke doelgroep in, en beeld je in hoe jij die boodschap zou willen ontvangen. Toets de boodschap mogelijk zelfs aan de bewoners. Zodra de strekking helder is, maak je deze zo toegankelijk mogelijk. Kijk hierbij met extra aandacht naar principe 1.3 en principe 4.
  • Bij het knooppunt Participatie- en communicatiestrategie opstellen bepaal je welke boodschap je wilt overbrengen aan welke doelgroep en op welke manieren. Denk goed uit hoe je de behoeften van de verschillende doelgroepen in beeld brengt en houd in de strategie vervolgens rekening mee. Schrijf bijvoorbeeld op B1-niveau, vertaal naar veel gesproken talen, en/of maak bijpassend beeldmateriaal. Kijk hierbij met extra aandacht naar principe 2, 2.3 en principe 5.
  • Bij het knooppunt Afstemming over wederzijdse verwachtingen van inzet en rollen kun je inventariseren hoe het ervoor staat met (kennis over) diversiteit en inclusiviteit binnen je projectteam. Dit kan positief bijdragen aan een rechtvaardiger en inclusiever proces. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 2.4 en 5.2.

Fase 2 (Karakteristieken van het gebied): Behoeftes van de bewoner in kaart brengen

In deze fase breng je de fysieke en sociale opgaven in kaart brengen in de wijk, het dorp of gebied waar je aan de slag gaat. Om je participatieproces verder in te richten is het belangrijk om helder te hebben welke doelgroepen er zijn en welke behoeften zij hebben. Het gaat hierbij naast financiële draagkracht en woonsituatie ook om sociale status, cultuur, leefstijl, geletterdheid, arbeidssituatie en hun gehele belevingswereld. Deze inzichten gebruik je om de bewoner op een passende en inclusieve manier mee te nemen in je proces. 

Concrete stappen kunnen zijn:
  • Bij het knooppunt Behoeftes bewoners in kaart brengen inventariseer je welke kennis al beschikbaar is over de wijk, het dorp of gebied. Breng eerst alle doelgroepen in kaart, van werklozen tot gepensioneerden, van hondenbezitters tot alleenstaanden. Verzamel van alle doelgroepen de informatie die je al hebt, en word je ook bewust van de verschillende behoeftes die deze doelgroepen mogelijk hebben. Zorg ervoor dat je eventuele ontbrekende informatie aanvult. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3, 2.3 en 5.6. 
  • Bij het knooppunt Fysieke en sociale opgaven van de wijk in kaart brengen inventariseer je welke opgaven er spelen in de wijk. Voor een representatief beeld van zulke opgaven helpt het om sleutelfiguren te spreken die gezamenlijk alle doelgroepen vertegenwoordigen. Denk aan de wijkbeheerder, sociaal werker, maar ook de imam of voetbalcoach. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3, 2.2 en 5.3.
  • Bij het knooppunt Woon en wijkwensen verkennen wil je alle bewoners bereiken. Het is daarom handig om verschillende methoden te gebruiken, zoals het organiseren van informatieavonden, 1-op-1 gesprekken en spontane gesprekken op straat. Houd rekening met verschillende taal- en kennisniveaus. Kijk hierbij met extra aandacht naar principe 1.3 en 1.4.

Fase 3 (Strategieën identificeren): Het aanscherpen van rechtvaardigheid in je proces

In deze fase ben je vooral bezig met strategiebepaling. Daarom is het in deze fase belangrijk om de voor alle scenario’s uit te zoeken in hoeverre dat een rechtvaardige oplossing zou zijn. Deze fase leent zich ook om aan te scherpen of je voldoende aandacht hebt voor rechtvaardigheid in het proces. 

Concrete stappen kunnen zijn:
  • Bij het knooppunt Participatie- en communicatiestrategie herijken en concretiseren stem je je participatie en communicatie nog beter af op de verschillende behoeften van alle belanghebbenden. Ondertussen heb je namelijk een beter beeld van wat er in de wijk speelt, en heb je dieper begrip gekregen van de verschillende doelgroepen. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3 en 5.6.
  • Bij het knooppunt Strategie voor flora en fauna in de wijk verken je hoe de verduurzaming van de wijk bij kan dragen aan niet-mensen. Op welke manier kunnen we bijdragen aan biodiversiteit? Waar zijn circulaire oplossingen mogelijk, om onnodig materiaalgebruik te voorkomen? Welke klimaatadaptieve oplossingen zijn er om deze wijk leefbaar te houden voor mensen en niet-mensen? Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 3.3 en 3.4.
  • Bij het knooppunt Criteria bepalen voor keuze van nieuw energiesysteem is dé kans om alvast te zorgen dat de keuze in fase 4 voor het nieuwe energiesysteem zo duurzaam en rechtvaardig mogelijk wordt. Maak een overzicht van alle criteria die belangrijk zijn en bepaal samen hoe zwaar elk criterium weegt. Denk aan: betaalbaarheid, invloed op klimaat, biodiversiteit en klimaatadaptatie, effect op gezondheid bewoners en werkgelegenheid, keuzevrijheid voor bewoners. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.4, 2.1, 2.2 en alle principes van principe 3. 
  • Bij de knooppunten Financierbaarheid van verschillende energiesystemen inventariseren en Business case voor de wijk opstellen onderzoek je de kosten en financierbaarheid van de verduurzaming. Voor bijna elke doelgroep speelt dit een grote rol. Om te komen tot een rechtvaardige keuze is het nodig om de financiële puzzel eerlijk te leggen. Zorg je dat iedereen toegang heeft tot financiering. Achterhaal eerst hoeveel bewoners zelf voor financiering kunnen zorgen. Ontwikkel vervolgens (een) passende financieringsoplossing(en) voor wie buiten de boot dreigt te vallen. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.1, 1.2, 5.1, 5.3 en 5.5.
  • Bij het knooppunt Organisatie van de energielevering verkennen draait het om eigendom en betaalbaarheid. Voorkom dat bewoners vast zitten aan een langetermijncontract of -oplossing die (op termijn) onvoordelig uitpakt (lock-in). Bij een rechtvaardige aanpak maak je daarnaast eigendomsconstructies van projecten en investeringen zo inzichtelijk mogelijk: van wie is de installatie? Van wie is de energie? Wie verdient er aan (de opgewekte) energie? Ook laat je zien wie welke investering doet en waar de baten terechtkomen. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 4.3, 4.5 en 5.4.

Fase 4 (Keuzes maken): Zorgvuldig wegen van alle perspectieven

Zorg dat je de consequenties van de scenario’s goed in beeld hebt. Kijk daarbij naar de invloed op brede onderwerpen; geld, gezondheid, klimaat, biodiversiteit,
werkgelegenheid. Realiseer je dat de invloed per doelgroep sterk kan verschillen. Maak vervolgens keuzes waarin je alle consequenties tegen elkaar afweegt, de voordelen op korte en lange termijn afweegt, en zorg draagt dat er voor álle doelgroepen een passende oplossing komt.

Concrete stappen kunnen zijn:
  • Bij het knooppunt Keuze voor energiesysteem vastleggen en consequenties in kaart brengen zoek je naar de balans tussen dat wat nú haalbaar is, en wat op de lange termijn de beste oplossing is. Vergeet niet te kijken wat haalbaar is voor de lagere inkomens. Als het lukt om de kloof tussen arm en rijk te verkleinen met het nieuwe energiesysteem, dan is dat een grote stap voor rechtvaardigheid. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.4, 2.1, 4.1, 5.3 en heel principe 3.
  • Met het knooppunt Scenario’s doorrekenen op voorbeeldwoningen wil je komen tot resultaten waar alle typen bewoners zich in herkennen. Kies daarom voor een diverse combinatie aan voorbeeldwoningen die representatief is voor alle huishoudens in het gebied. Denk aan: oude en nieuwe woningen, grote en kleine woningen en huur en koop. Denk ook aan verschillende gezinssamenstellingen, ouderen die de verwarming hoger zetten, mensen met een beperking die een hoger stroomverbruik hebben, huishoudens met verschillende (culturele) leefstijlen, en meer. Kijk hierbij met extra aandacht naar principe 1.3.
  • Voor het knooppunt Inspraakmogelijkheden bieden op Wijkuitvoeringsplan heb je al eerder uitgedacht hoe de participatie eruit ziet. Uiteraard is het van belang om de mogelijkheden voor inspraak te communiceren met bewoners op een manier die aansluit. En dat iedereen in de gelegenheid is om inspraak te leveren – ook als zij bijvoorbeeld laaggeletterd zijn. Bedenk alvast wat je gaat doen met de kritiek en afwijkende meningen die mensen inbrengen. In de methodiek van Deep Democracy zou je desbetreffende personen vragen: wat heb je nodig om mee te gaan in het huidige besluit? Soms is een kleine aanpassing al voldoende. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3, 2.3 en 5.2.
  • Bij het knooppunt Bepalen van verdeling van de benodigde investeringen liggen grote kansen voor rechtvaardigheid. Soms hebben de huishoudens met de kleinste portemonnee de grootste verduurzamingsopgave of de minste capaciteiten om de renovatie van hun woning te overzien. Volgens de RET-principes geef je voorrang aan slecht geïsoleerde woningen en huishoudens in energiearmoede. Dat raakt aan morele kwesties. Bespreek die met het projectteam: (In hoeverre) willen we ongelijk investeren? Waar trekken we dan de grens? Hoe communiceren we deze keuze? (Op welke manier) kunnen we de bewoners activeren voor een rechtvaardige uitkomst, bijvoorbeeld doordat zij elkaar helpen bij praktische dingen? Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.1, 2.1 en heel principe 4.
  • Bij het knooppunt Keuze voor renovatie van gebouwen vastleggen en consequenties in kaart brengen kies je op welke manier de gebouwen gerenoveerd gaan worden. Kijk hierbij naar méér dan alleen de business case. Voor een rechtvaardige keuze houd je er ook rekening mee dat de renovatie beschikbaar is voor iedereen en dat die keuze duurzaam is in de brede zin van het woord. Wees vervolgens transparant over de maatschappelijke kosten-baten afweging die je hebt gemaakt. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 5.3, alles van principe 1 en 3.
  • Bij het knooppunt Marktuitvraag opstellen voor renovatie van gebouwen gaat rechtvaardigheid over de zoektocht naar een eerlijke kans voor alle aanbieders, en het betalen van een eerlijke prijs voor arbeid en materialen. Stel je uitvraag dus breed open, ook voor partijen die je niet direct had verwacht. Dat kun je doen door het gewenste eindresultaat te beschrijven, en de voorwaarden waaraan dat moet voldoen. Laat voldoende ruimte voor een onverwachte aanpak, technieken, materialen, en/of wijze van uitvoering. Door circulaire voorwaarden te stellen draag je nu bij aan duurzaamheid op de lange termijn. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 4.5, 5.5 en heel principe 1.
  • Bij het knooppunt Vastgoedeigenaren besluiten over verduurzaming van hun bezit nemen vastgoedeigenaren hun besluit. Zij kunnen bijdragen aan rechtvaardigheid door in hun besluit rekening te houden met de consequenties voor hun huurders en/of eindgebruikers. Dat kan bijvoorbeeld door een maatschappelijke kosten-baten afweging te maken. Ook belangrijk is om deze keuze transparant en helder te communiceren met huurders en/of eindgebruikers. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 2.3, 5.6 en heel principe 1.

Fase 5 (Voorbereiding): Iedereen meenemen in de voorbereiding

Tijdens deze fase biedt je bewoners het renovatie-aanbod aan, en bereid je hen voor op de werkzaamheden. Het wel of niet goed toepassen van de RET-principes maken of breken je renovatie-aanbod. Natuurlijk is betaalbaarheid en financierbaarheid voor bewoners heel belangrijk. Om te zorgen dat financiën geen belemmering zijn, is speciale aandacht nodig voor mensen met een kleine beurs. Je voorkomt een hoop weerstand, als je deze fase transparant en duidelijk communiceert over het renovatie-aanbod, de werkzaamheden en de consequenties daarvan voor bewoners. 

Concrete stappen kunnen zijn:
  • Bij het knooppunt Inrichten financiële arrangementen staan beschikbaarheid en inclusiviteit centraal. Om iedereen mee te laten doen zijn passende financiële arrangementen nodig voor alle doelgroepen. Wees voorbereid dat maatwerk voor sommige huishoudens nodig kan zijn. Houd ook rekening met culturele verschillen, zoals moslims die volgens hun geloof geen geld met rente mogen lenen. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.1, 1.2 en heel principe 2.
  • Bij het knooppunt Individuele financiering aanbieden draait alles om de manier waarop de bewoner het aanbod begrijpt. Bedenk goed hoe je de doelgroepen wilt bereiken die dit aanbod het hardst nodig hebben. Raadpleeg collega’s die deze doelgroep goed kennen. Inhoudelijk is het belangrijk om transparant te zijn over de gevolgen van de regeling op onder andere de woonlasten en de waarde van hun woning. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.1, 1.2, 1.3, 5.3 en alles van principe 2.
  • Bij het knooppunt Communicatieplan opstellen voor realisatiefase is transparantie richting de bewoner essentieel. Uit ervaring blijkt dat bewoners meer begrip hebben voor overlast van werkzaamheden als zij vooraf geïnformeerd zijn. Denk goed uit op welke manieren de werkzaamheden het dagelijks leven van alle doelgroepen beïnvloedt. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3, 2.3 en 5.2.
  • Bij het knooppunt Communicatieplan opstellen voor realisatiefase zien we twee grote kansen. Om ontevreden bewoners zo snel mogelijk te identificeren is nodig dat bewoners hebben begrepen waar ze terecht kunnen, en dat ze zich uitgenodigd voelen om zich uit te spreken. Tevreden bewoners kunnen ambassadeur worden, juist voor de bewoners uit dezelfde doelgroep. Bedenk een strategie om bewoners uit alle doelgroepen een podium te geven, zodat iedereen zich gerepresenteerd voelen. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3, 2.3, 5.2 en 5.6.

Fase 6 (Realisatie en nazorg): Autonomie voor de bewoner

In deze fase worden gebouwen verduurzaamd, en ontvangen gebouweigenaren passende nazorg. Autonomie is in deze fase belangrijk, omdat je dicht bij de leefwereld van de bewoner komt. En omdat veel vormen van nazorg vrijblijvend zijn. Geef bewoners bijvoorbeeld (enige vorm van) keuze over wanneer, welke en op welke manier zij nazorg ontvangen. Hetzelfde geldt voor het evalueren hoe de maatregelen bevallen, en ophalen wanneer zij toe zijn aan een volgende stap.

Concrete stappen kunnen zijn:
  • Bij het knooppunt Particuliere woningeigenaren maken keuze over het renovatie- en verwarmingsconcept zul je het succes gaan zien van het aanbod dat je aan particulieren woningeigenaren hebt gedaan. Hoe beter dat aanbod aansloot op hun belevingswereld en waarden, hoe groter de kans dat veel huishoudens meedoen. Maak de administratieve handelingen bij deze stap zo toegankelijk mogelijk. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.1, 2, 4.1, 5.3 en 5.6. 
  • Bij het knooppunt Evalueren van het effect van genomen renovatiemaatregel(en) ga je aan de slag om informatie bij de bewoners op te halen. Bewoners hebben verandering gemerkt in hun woning sinds uitvoering van de maatregelen. Omdat hun deelname aan evaluatie (vaak) vrijblijvend is, is het extra belangrijk om het uitnodigend te maken voor de bewoner. Wat is de meerwaarde voor hen? Houd ook hier weer rekening met de toegankelijkheid van het proces. Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 1.3, 1,4 en 2.3.
  • Bij het knooppunt Interesse voor vervolgstappen inventariseren bij bewoners sluit je zoveel mogelijk aan op de behoefte en natuurlijke momenten van bewoners. Zorg voor een toegankelijke manier om mogelijke vervolgstappen uit te leggen – die ook over langere tijd nog relevant is. En bedenk wanneer en hoe je die informatie met bewoners deelt. Leef je in: op welk moment zou de bewoner behoefte hebben aan een vervolgstap? Waar zou die persoon dan zoeken? Kijk hierbij met extra aandacht naar principes 4.1 en 4.2.

Zo kwamen de leidende principes over de rechtvaardige energietransitie tot stand

Op initiatief van Stroomversnelling zijn partijen uit de sector met elkaar in gesprek gegaan over het thema 'rechtvaardige energietransitie’. Bouwers, energiecoöperaties, gemeenten en andere betrokkenen hebben gezamenlijk vijf principes geformuleerd en invulling gegeven aan de betekenis van de principes. Ze hebben de gebouwde omgeving als afbakening gehanteerd. De conceptversie is vervolgens door onder andere ambtenaren en onderzoekers voorzien van aanvullende perspectieven en getoetst tijdens meerdere ontwikkeltafels van het programma “Gebiedsgerichte aanpak”. Dit heeft geleid tot de publicatie van de leidende principes voor rechtvaardige energietransitie in juli 2023. 

Gerelateerde knooppunten