Door open met bewoners en andere belanghebbenden in gesprek te gaan, krijg je inzicht in hun gedrag en emoties. In de literatuur is dit bekend als ‘de derde succesfactor’. Want met alleen goede technische oplossingen en betaalbaarheid (de eerste en tweede succesfactor) kom je er niet. De wensen, belangen en zorgen van bewoners gaan vaak niet direct over verduurzaming. Welke overkoepelende ambitie brengt de wijk samen en geeft richting aan de gewenste ontwikkelingen en interventies?
Na dit knooppunt heb je inzicht in het gedrag en de emoties van bewoners en andere belanghebbenden in de wijk en heb je een overkoepelend thema voor de toekomst van de wijk geformuleerd.
Het projectteam wijst een aantal mensen aan die bewoners en andere belanghebbenden gaan benaderen. Bijvoorbeeld mensen uit een bewonersinitiatief of van de gemeente.
Dit is een vervolg op het knooppunt ‘Beeld vormen van de wijk en haar bewoners’. Je brengt hiervoor eerst de demografische karakteristieken van de wijk in kaart. Dit zijn bijvoorbeeld het aantal inwoners, gemiddeld inkomen, de gemiddelde leeftijd, gezinssamenstelling en scores op de leefbaarometer. Probeer duiding te geven aan de cijfers door ze te plaatsen in de lokale context. Is de gemiddelde leeftijd bijvoorbeeld hoog omdat er een verzorgingstehuis aanwezig is of omdat er veel gepensioneerden zelfstandig wonen? Geven bewoners de buurt een laag cijfer voor veiligheid omdat ze vinden dat er te weinig verlichting is of vanwege veel overlast?
Inventariseer de wensen en behoeften van alle bewoners met betrekking tot de eigen woning en over de wijk als geheel. Dit kan in 1-op-1 gesprekken bij mensen thuis, tijdens informatieavonden of spontane gesprekken op straat. Zorg ervoor dat bewoners zich gehoord voelen.
Gebruik de resultaten van de knooppunten ‘Sociale netwerken en verbindende actoren identificeren’ en ‘samenwerking bewonersinitiatieven opstarten’ om ervoor te zorgen dat je een grote en diverse groep bewoners bereikt.
Focus op dat wat bewoners bezighoudt in hun wijk. Open het gesprek bijvoorbeeld met de vraag: “Wat zou je graag anders zien in de wijk?”. Vanuit thema’s die ze noemen - bijvoorbeeld parkeerproblemen of onveilige situaties - staan bewoners meer open om ook te praten over onderwerpen als aardgasvrij en verduurzaming van de wijk. Dit kost tijd, maar deze tijd wordt later in het proces door de aanwezigheid van draagvlak terugverdiend.
Achterhaal in de gesprekken ook wat bewoners al weten over verduurzaming en wat zij als obstakels zien. Wees transparant over het doel van het gesprek (wensen ophalen) en het vervolgproces (hoe gaan keuzes gemaakt worden). Voorbeeldvragen zijn: “Wat maakt je blij?”, “Waar erger je je aan?”, “Wat zijn je dromen voor de wijk?", “Waar liggen kansen?”, "Ben je bekend met lopende initiatieven in de wijk?”.
Inventariseer de wensen en behoeften van andere gebouweigenaren en ondernemers. Denk hierbij aan de wijkagent en organisaties als VVE’s. Je kunt hier dezelfde technieken en vragen gebruiken als voor bewoners.
De opgehaalde informatie vormt het uitgangspunt voor een wijkgerichte aanpak die zo veel mogelijk waarde biedt voor de bewoners. Met deze informatie kun je een overkoepelend gemeenschappelijk thema formuleren dat belangrijk is voor de toekomst van de wijk. Dit thema kan van alles zijn, zolang de energietransitie er maar onderdeel van kan zijn. Het gaat om het slim samenbrengen van doelen voor de wijk en zo synergie creëren.
Creëer hotspots in een wijk om de betrokkenheid van bewoners te vergroten en hun wensen beter te leren kennen. Bijvoorbeeld op plekken waar bewoners elkaar fysiek tegenkomen, zoals sportscholen en buurthuizen. Het kunnen ook online ontmoetingsplekken zijn, zoals een buurtapp als Nextdoor.
Organiseer face-to-face bijeenkomsten waarbij bewoners een adviserende of meebeslissende rol hebben. Bijvoorbeeld een pop-up evenement om de dromen over de wijk te ontdekken. Kies een tijdstip en locatie gericht op bewoners die hun kinderen van school ophalen en mensen die terugkomen van hun werk. Maak het aantrekkelijk om te blijven met bijvoorbeeld optredens van kunstenaars of gratis kinderopvang. Om de dromen over de wijk te ontdekken, kun je een dream wall creëren. Je hangt dan grote foto’s van de buurt op en vraagt mensen om er stickers van hun dromen op te plakken (een speeltuin, straatverlichting, of bomen) of om hun dromen erop te schrijven in ruil voor een ijsje of bloemetje.
Je kunt de voordelen van een nieuw warmte-alternatief bij bewoners overbrengen door ze te laten ervaren wat renovatie voor hun woning betekent. Tijdens de Duurzame Huizenroute zetten honderden duurzame huizen in heel Nederland hun deuren open. Zo kan iedereen ervaren hoe mooi en comfortabel het is om in een energieneutraal huis te wonen. Je kunt ook met eigen ogen zien welke stappen er nodig zijn voor een energieneutraal huis.
De Leefplekmeter van Pharos en Platform31 is een invulboek om positieve en negatieve punten van een leefplek te bepalen door 14 thema’s een score te geven. Je kunt de Leefplekmeter gebruiken om met bewoners in gesprek te gaan en te achterhalen hoe zij denken over hun leefplek.
Bewoners doorlopen verschillende stappen naar een aardgasvrije woning. TNO noemt dit de klantreis naar aardgasvrij wonen. Je kunt de klantreis gebruiken om te achterhalen welke drijfveren en barrières bewoners ervaren tijdens het aardgasvrij maken van de wijk.
In het inspiratieboek ‘Opgaven verbinden in de wijk’ van Platform31 wordt het succes van het Sustainable Neighbourhood Action Program (SNAP) in Toronto beschreven, waar de wensen en behoeften van bewoners in een vroeg stadium achterhaald werden en bewoners betrokken bleven.
‘De derde succesfactor bij het aardgasvrij maken van wijken’ is een artikel over het belang van inzicht krijgen in het gedrag en de emoties van bewoners en het handelingsperspectief daarvoor: het streven naar een fusie van belangen.
De publicatie ‘Verduurzamen met bewoners’ gaat over het vergroten van de betrokkenheid van bewoners bij de energieopgave.