Flora en fauna in kaart brengen

Je brengt de ecologische uitgangssituatie in het gebied in kaart. Zo kan je in het vervolgproces in de wijk rekening houden met beschermde diersoorten die in gebouwen wonen, zoals gierzwaluwen, huismussen en vleermuizen.

Je laat ecologisch onderzoek in het gebied uitvoeren en een soortenmanagementplan opstellen. Dit heb je nodig om een Strategie voor flora en fauna in de wijk (fase 3) op te stellen, en om een omgevingsvergunning aan te kunnen vragen voor een flora- en fauna activiteit.  Doe je dit niet dan kunnen projecten flinke vertraging oplopen. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat de provincie de uitvoering van het project blokkeert als de bescherming van flora en fauna niet voldoende gewaarborgd is. Houd in de planning van de wijkaanpak rekening met de tijd dat de uitvoering van dit onderzoek vraagt; het gaat om een inventarisatie over alle seizoenen. 

Het kan zijn dat er al informatie beschikbaar is over flora en fauna in de wijk, bijvoorbeeld over bijzondere soorten in het gebied waarmee de aanpak rekening moet houden. Onderzoek of deze informatie binnen de gemeentelijke organisatie bekend is en praat met andere belanghebbenden, zoals de woningcorporatie, die ook te maken krijgt met de Omgevingswet bij de uitvoering van renovatie- en verduurzamingsmaatregelen aan de woning.